Print deze werkafspraak

Angina Pectoris bij Coronaire Vaatdysfunctie

Algemeen

De NHG standaard Stabiele Angina Pectoris is bij deze afspraak van toepassing evenals de NVVC en ECS Richtlijnen.

Download het volledige document met de Stedelijke Transmurale Afspraak Coronaire Vaatdysfunctie: Angina Pectoris bij niet obstructieve coronair arteriën (ANOCA)

Bekijk het overzicht Afkortingen cardiologie

 

Huisarts

  • Behandel de pijn op de borst zoals beschreven in de NHG richtlijn stabiele angina pectoris:  Overweeg kortwerkend nitraat, trombocytenaggregatieremmer en cholesterolsyntheseremmer. 
  • Hypertensie (streef RR < 130 mmHg systolisch) en hypercholesterolemie (streef LDL < 2.5) behandelen volgens de CVRM richtlijn met als voorkeurmiddel voor de hypertensie een ACE-remmer of calcium antagonist. Met name diltiazem helpt angineuze klachten te verminderen bij zowel vasospastische als microvasculaire dysfunctie variant. Overwogen kan worden te starten met een proefdosering van 2x daags 60 mg om bij hogere doseringen bijwerkingen te voorkomen. 
  • Alternatieve diagnosen uitsluiten
  • Obstructief coronairlijden uitsluiten volgens de reguliere cardiologische richtlijnen.

Verwijzing

Spoed:
In geval van verdenking op een acuut coronair syndroom (acuut myocardinfarct en instabiele AP): direct huisbezoek of meteen ambulance bellen. Zie hiervoor de STA Myocardinfarct (2019).

Regulier:
Wanneer er geen (significante) obstructies gevonden zijn bij een algemene cardioloog en er angineuze klachten blijven bestaan, verwijst de huisarts naar een specialist met expertise op dit gebied. 

In de regio Amsterdam zijn hiervoor specifieke poli's opgezet:

  • OLVG Spuistraat: vrouwenpoli
  • Amsterdam UMC, locatie VUmc: ANOCA-poli
  • St. Cardiologie Amsterdam, A’dam noord
  • CCN
     

Informatieoverdracht

Informatieoverdracht van de eerste lijn naar de tweede lijn:

  • De huisarts schrijft de verwijsbrief met vraagstelling aan specialist met: personalia, aard/duur van de klachten, voorgeschiedenis, risicofactoren, actuele medicatie, bevindingen bij lichamelijk onderzoek, bereikbaarheid huisarts, recente laboratorium uitslagen < 3mnd (met voorkeur voor Hb, nierfunctie, glucose en lipidenspectrum) en stuurt de verwijzing via ZorgDomein onder de verwijsreden “ischemische hartziekte”, graag vermoeden “vrouwenhart” danwel “niet obstructieve angina pectoris”
  • In geval van hypertensie is een 24-uurs bloeddrukmeting aanbevolen
     

Informatieoverdracht van de tweede lijn naar de eerste lijn:

De specialist informeert de huisarts na consult over: 

  • Behandelplan of geplande diagnostiek
  • Diagnose 
  • Actuele medicatie.
     

Terugverwijzing tweede lijn naar huisarts

Terugverwijzing voor follow-up naar de eerste lijn: 

  • Na stellen van de diagnose en zo optimaal mogelijke behandeling
  • Voldoende klachtenreductie
  • Indien er geen sprake is van cardiale problematiek 
     

Informatieoverdracht bij terugverwijzing van de tweede naar de eerste lijn:

Na het laatste polikliniekbezoek ontvangt de huisarts de (poliklinische) brief met daarin: 

  • Beschrijving van het ECG 
  • Eventueel uitgevoerd Laboratoriumonderzoek 
  • Bloeddruk, 
  • Uitslagen diagnostiek
  • De diagnose, belangrijke nevendiagnosen en het verwachte beloop. 
  • Behandeling:
    • Niet-medicamenteuze behandeling: leefstijl en educatie.
    • Medicatie met de indicatie daarvoor en de gebruiksduur. 
    • Welke medicatie aangepast mag worden bij toename klachten alvorens opnieuw te overleggen.
    • Intoleranties voor medicatie/stopreden

Terugverwijzing huisarts naar tweede lijn

De huisarts verwijst patiënt terug naar de cardioloog bij het opnieuw optreden of verergeren van klachten zoals bekend bij ontslag naar de eerste lijn.

Verwijs direct naar EHH met ambulance bij:

  • Verdenking op acuut coronair syndroom 
  • AP klachten anders of heviger dan herkenbare klachten die niet binnen 30 minuten afnemen (na rust/ 3 x nitrospray)
     

Overleg met de cardioloog over de urgentie van verwijzing in geval van:

  • AP klachten ondanks gebruikelijke medicatie.

Datum en auteurs

November 2021, namens de Stedelijke werkgroep CVRM van het Transmuraal Platform Amsterdam (TPA).

De volgende revisie wordt gepland in 2024.

Opgesteld met medewerking van:

Anilka Zwartjes, cardiologisch verpleegkundig specialist St. Cardiologie Amsterdam
Jan Piek, cardioloog Amsterdam UMC / Cardiologie Centra Nederland
Jutta Schroeder-Tanka, cardioloog OLVG  / Stichting Cardiologie Amsterdam 
Yolande Appelman, interventiecardioloog Amsterdam UMC, locatie VUmc, adviseur leidraad INOCA NVVC, mede auteur consensus document INOCA ESC
Aernout Somsen, cardioloog Cardiologie Centra Nederland
David Koetsier, kaderhuisarts Hart- en Vaatziekten

Voor vragen neem contact op met de coördinator van de Stedelijke werkgroep CVRM.